‘Leiderschap is een vak, geen positie’
Je hebt het vast wel eens gezien: een vakspecialist groeit door tot leidinggevende en loopt vervolgens compleet vast in zijn of haar nieuwe rol. Niet wegens gebrek aan talent of inzet, maar omdat er andere skills bij komen kijken.
“We komen dit verschijnsel overal tegen, ook in de installatiebranche”, zegt Kodden. “Het wordt ook wel het ‘Peter-principe’ genoemd, in de jaren zestig geïntroduceerd door onderwijskundige dr. Laurence Peter. En het is nog steeds relevant: leiderschap is een vak, geen positie. Een monteur kan geweldig in zijn vak zijn en als leidinggevende toch tegen de grenzen van zijn bekwaamheid aanlopen.”
Ken u zelve
Prof. dr. mr. Bas Kodden is schrijver, spreker en onderzoeker op het gebied van leiderschap, ondernemerschap en persoonlijke ontwikkeling. Hij is ook hoogleraar aan Nyenrode Business Universiteit. “Als leidinggevende kom je vaak terecht op een eenzame plek, vol dillema’s en confrontaties. Dat vraagt om andere kennis en skills. Observeren, bijvoorbeeld. Communiceren. Nieuwsgierigheid. Maar vooral: zelfbeschouwing. Ken u zelf. En beheers u zelf. Leidinggeven aan anderen begint bij leidinggeven aan jezelf.”
Pijn
En misschien wel het moeilijkste: hoe ga je om met dagelijkse vervelende gebeurtenissen? Kodden: “Denk aan de eerste nare opmerkingen van collega’s waarmee je vroeger in het team zat. Wat laat je toe? Dat is vaak heel lastig. De meesten kiezen voor de korte termijn. Voor wegkijken. Dan volgt op de lange termijn altijd de pijn. In ons vakgebied zeggen we juist: ga wel de confrontatie aan. En kies daarmee voor de korte-termijnpijn en opbrengsten op de lange termijn.”
Slechtere resultaten
“Zit iemand niet op de juiste plek als leidinggevende, dan leidt dat vroeg of laat tot slechtere resultaten. Het begint met teruglopende motivatie – zowel bij de leidinggevende als bij de collega’s. Meer ziekteverzuim. Er is minder energie, geen verantwoordelijkheid, geen verbondenheid. Soms eindigt het zelfs in een burn-out. Dat zie je uiteindelijk altijd terug in de cijfers. Maar dan is het al te laat.”
Tijdig inzien
Hoe kun je herkennen of iemand niet goed in zijn vel zit als leidinggevende? Kodden: “In het beste scenario ziet de leidinggevende het zelf tijdig in. Hij of zij merkt dat de passie er niet meer is en dat zijn of haar oude vak meer geluk en plezier bracht. Als collega of werkgever herken je het onder meer aan verminderde vitaliteit, toewijding en vermogen om bijvoorbeeld informatie op te nemen.”
Plezier weg
Kodden: “De leidinggevende begint te sloffen. Oogt moe. En komt niet meer om 07.30 uur op de zaak, maar pas tegen achten. De leidinggevende is minder gemotiveerd en doet alleen nog het hoognodige. Alles verslonst. Het plezier is weg, net als de nieuwsgierigheid naar nieuwe technieken en ontwikkelingen in het vak.”
Voorkomen
De grote vraag is dan natuurlijk: wat kun je als werkgever of (hogere) leidinggevende doen om te voorkomen dat goede vakmensen vastlopen na een promotie?
Kodden heeft drie tips:
Stap terug
Gaat het alsnog mis: een stap terug (demotie) is niet het einde van de wereld, stelt Kodden. “Leidinggevenden die inzien dat promotie toch niks voor ze is, beschikken in elk geval over de belangrijkste vaardigheid van een leidinggevende: zelfbeschouwing of zelfkennis. Ze staan toch liever tussen de collega’s dan erboven. Missen het teamgevoel en hun eigenlijke vak en begrijpen dat.”
Trots
Kodden: “Demotie is geen nederlaag. Het is een plek vinden die bij je past, op basis van je sterke punten. Bovendien: vakmensen zijn in mijn ogen de topvoetballers van de toekomst. Waarom zou je je vak niet met trots en plezier uitvoeren en het leidinggeven lekker aan anderen overlaten?”